Wandelen zonder aanhangsel

De ‘hoofdstad’ van het Ihlo do Sal is Espargos. Beetje centraal op het eiland gelegen met op enkele minuutjes zuidwaarts de internationale luchthaven. Espargos is helemaal geen hippe metropool zoals je van een hoofdstad zou verwachten, maar een oud, arm en afgebrokkeld gedeelte van enkele dooreenlopende straten op een zakdoekje groot. Maar het heeft iets, ... charme! Maar vooral en veel belangrijker. Het heeft ook iets niet, ... de opdringerige straatverkopers van de toeristische badplaats Santa Maria in de meest zuidelijke tip van Sal. De jonge zwarte verkoopstalenten die in het begin, vriendelijk en oprecht geïntresseerd lijken zijn een serieuze afknapper tijdens je dagje uit naar het strand of het winkelgedeelte van het eiland. Ze blijken beter op de hoogte te zijn van de laatste ontwikkelingen van ons koningshuis dan Kathy Pauwels, hebben een betere kennis van de weersituatie in ons land dan De Mey en Deboosere samen en zouden de perfecte nieuwe bondscoach kunnen zijn voor ons land, want de belevenissen van de Rode Duivels volgen ze op de voet. Je geraakt er echt nauwlijks van af. Zijn super-opdringering én geven niet op. Ze winnen de prijs voor volharding. Spijtig, want het is net hier dat de shops, ‘super’marktjes, bars en resto’s, (kunst) gallerijen, hotels groot en klein weelderig ingepland zijn. Echt zonde, ... voor mij wel voldoende om vaker uit te wijken naar de iets minder levende maar daarom niet minder interessante ‘Capital de Sal’. Waar men je gerust laat. Zowel Santa Maria als Espergos liggen ongeveer even ver van mijn appartement in Murdeira af. Om aan vervoer te geraken stap ik gewoon even de straat op tot aan het dichtste ronde punt en wacht daar tot iemand me oppikt. Vergissen is onmogelijk, want er is maar één baan die het noorden met het zuiden van het eiland in verbinding stelt. De Algeura-busjes zijn het goedkoopste middel om van de ene naar de andere stad te ‘reizen’. Ze kosten ongeveer één euro voor een enkel ritje, waarbij de afstand geen rol speelt. Lang hoef je nooit te wachten op de kleine aftandse busjes, hooguit een kwartiertje. Avontuurlijker en nog veel frequenter zijn de pick-up trucks met vanachter in hun open laadruimte twee bankjes. Je komt ze werkelijk overal en altijd tegen en ze kosten vaak maar een halve euro per rit. Je zit dan wel met een stuk of zes zwarte mannen samen in de bak achteraan, en de truck kijkt niet op enkele kilometers per uur meer of minder. Als je aankomt heb je haren als een punker door de harde wind.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!